Sentences in Dutch with audio - Tatoeba

language

Register

Log in

language English

menu

Tatoeba

chevron_right Register

chevron_right Log in

Browse

chevron_right Show random sentence

chevron_right Browse by language

chevron_right Browse by list

chevron_right Browse by tag

chevron_right Browse audio

Community

chevron_right Wall

chevron_right List of all members

chevron_right Languages of members

chevron_right Native speakers

Number of sentences with audio by language

Dat wil ik niet weggooien.

Ik wil dat niet weggooien.

Je hebt te snel opgegeven.

Betekent dit dat je van me houdt?

Ik vind dat niet gek.

Ik vind dat niet vreemd.

Verkopen jullie postzegels?

Verkoopt u postzegels?

Toms eerste auto was blauw.

Heb jij ook heimwee?

Tom is de enige die huilde.

Ik ging terug naar boven.

Waar ben je morgenavond?

Neem plaats. Ik ben zo bij u.

Ga zitten. Ik ben zo bij u.

Tom is zijn was aan het opvouwen.

Draag je graag nagellak?

Tom maakt nooit wat af.

We moeten van het ergste uitgaan.

Tom was één van de verdachten.

Ik dacht dat ik was neergestoken.

Ik denk niet dat het toeval is.

Tom is niet op kantoor.

Wil je dat ik beslis?

Wie betaalt de benzine?

Toms neus begon te jeuken.

Tom draagt nooit spijkerbroeken.

Ik vond het in de kelder.

De kikker kwam uit het water.

Tom is onze buurman.

Ik gaf Tom mijn sleutelbos.

Wie woont er bij jou?

Ik heb elke dag pijn.

Ik ga het niet ontkennen.

Ik eet nog steeds geen vlees.

Heb je iets toe te voegen?

Heeft u iets toe te voegen?

Laten we dit niet verpesten.

Hoe laat heb je pauze?

Ik ben nog steeds teleurgesteld.

Hoeveel zout heb je toegevoegd?

Voeg een snufje zout toe.

Hoeveel zout moet ik toevoegen?

Breng op smaak met zout en peper.

Heb je een soepkom?

De kom is gevuld met water.

Tom zette de kom in de magnetron.

Tom schonk wat melk in een kom.

Tom dekt de tafel.

Heeft u een tafel gereserveerd?

Mijn rugzak ligt op tafel.

Er stond veel eten op tafel.

Heb je onder de tafel gekeken?

Je telefoon ligt op de eettafel.

De tafel is niet schoon.

Ik heb de tafel al gedekt.

De stoelen zijn van hout gemaakt.

Hoeveel stoelen zijn er?

Waarom ga je niet naar de kapper?

Het ziet er niet goed uit.

Laten we iets anders eten.

Doe je schoenen aan.

Tom heeft zijn auto al verkocht.

Tom en ik waren niet uitgenodigd.

Ik dacht dat het jouw beurt was.

Ik heb er geen spijt van.

Tom heeft dunne lippen.

Tom stelde me allerlei vragen.

Ik dacht dat je beneden was.

Waarom koop je zoveel eieren?

Ik verf een paasei.

Zijn dat vrije uitloop eieren?

Ik eet bijna nooit meer eieren.

Eieren worden steeds duurder.

Ik wil een gekookt ei.

Tom houdt van roerei.

We hebben meer eieren nodig.

Ik heb gisteren eieren gegeten.

Ik heb eieren gekocht.

Ik heb een hekel aan eieren.

De bibliotheek was leeg.

Het strand is leeg.

Het zwembad is leeg.

Mijn glas is leeg.

De straten waren leeg.

Zijn handen waren leeg.

Ik ben gezakt voor mijn examen.

Tom is gezakt voor het examen.

Ik ben gezakt voor scheikunde.

De poging mislukte.

Dit is een gouden munt.

Mary droeg een gouden armband.

Tom draagt een gouden horloge.

Goud is een metaal.

Goud is duur.

Dit is zwaar aan het worden.

Dit begint zwaar te worden.

Hoe zwaar bent u?

Hoe zwaar ben je?

Je koffer ziet er zwaar uit.

language English

Need some help?

Developers

About

Our data is released under various Creative Commons licenses.More information
If you love this content, please consider a donation.