menu
Tatoeba
language
Inscriber te Aperir session
language Interlingua
menu
Tatoeba

chevron_right Inscriber te

chevron_right Aperir session

Percurrer

chevron_right Monstrar phrase aleatori

chevron_right Percurrer per lingua

chevron_right Percurrer per lista

chevron_right Percurrer per etiquetta

chevron_right Percurrer audio

Communitate

chevron_right Muro

chevron_right Lista de tote le membros

chevron_right Linguas del membros

chevron_right Parlantes native

search
clear
swap_horiz
search
rose_d {{ icon }} keyboard_arrow_right

Profilo

keyboard_arrow_right

Phrases

keyboard_arrow_right

Vocabulario

keyboard_arrow_right

Evalutationes

keyboard_arrow_right

Listas

keyboard_arrow_right

Favorites

keyboard_arrow_right

Commentos

keyboard_arrow_right

Commentos sur le phrases de rose_d

keyboard_arrow_right

Messages de muro

keyboard_arrow_right

Registros

keyboard_arrow_right

Audio

keyboard_arrow_right

Transcriptiones

translate

Traducer le phrases de rose_d

Audio contribuite per rose_d (total 6966)

The following audio recordings by rose_d are licensed under the CC BY-NC 4.0 license.

nld
Tom heeft een mes in zijn hand.
nld
Ik zie het ook niet.
nld
Tom is een feestbeest.
nld
Ik dacht niet helder na.
nld
Zijn ze er nog?
nld
Zijn ze nog steeds hier?
nld
Weet je zeker dat we genoeg geld hebben?
nld
Ik ben drie keer getrouwd geweest.
nld
We waren allemaal druk.
nld
Praat niet zo snel.
nld
Maak je geen zorgen, ik zal dat voor je vertalen.
nld
Ik wil mijn sleutel terug.
nld
Waar zijn mijn ouders?
nld
Ik kon niemand vinden.
nld
Wie heeft de wedstrijd gewonnen?
nld
Heeft iedereen goed geslapen?
nld
Ik wou dat we konden helpen.
nld
Ik heb nog geen ja gezegd.
nld
Tom liet me niet winnen.
nld
Zeg gewoon ja.
nld
We deden alles samen.
nld
Tom heeft niets gegeten.
nld
Ze zullen niet ver komen.
nld
Ik probeerde niet te huilen.
nld
Wie heeft dit besteld?
nld
Waarom huilt iedereen?
nld
Ik zag hem wegrennen.
nld
Iedereen zou dit kunnen.
nld
Tom en Mary hebben allebei blauwe ogen.
nld
Tom en Mary hebben beide blauwe ogen.
nld
Ik heb het nog niet nodig.
nld
Deze winkel verkoopt groenten.
nld
Ik heb dit jaar veel nieuwe vrienden gemaakt.
nld
Tom en ik hebben elkaar al jaren niet gesproken.
nld
Heb je een zaklamp?
nld
Trek je regenjas aan.
nld
Doe je regenjas aan.
nld
Ik heb altijd een gum, een potlood en een pen in mijn etui.
nld
Tom stopt zijn pennen in het etui.
nld
Ik ben mijn etui thuis vergeten.
nld
Dit is een etui.
nld
Tom heeft een nieuwe etui nodig.
nld
De brandweer is nog steeds op zoek naar overlevenden.
nld
Tom is op zoek naar zijn biologische vader.
nld
De politie is op zoek naar Tom.
nld
Welke zoekmachine gebruik je?
nld
Ze hebben Tom gefouilleerd.
nld
We hebben overal gezocht.
nld
Tom won zijn rechtszaak.
nld
Tom verscheen vandaag voor de rechtbank.
nld
Tom rookt een sigaret op het balkon.
nld
Deze deur leidt naar het balkon.
nld
Tom viel van het balkon.
nld
Het balkon is klein.
nld
De klok hangt boven de open haard.
nld
Is het waardevol?
nld
Het is niet zo opvallend.
nld
Wat heeft ze in de winkel gekocht?
nld
Deze winkel is een videotheek.
nld
Heb je een boodschappenlijstje?
nld
Tom is aan het winkelen in het winkelcentrum.
nld
Met wie ben je gaan winkelen?
nld
Ik ben gisteren niet gaan winkelen.
nld
Zijn jullie allemaal samen gaan winkelen?
nld
Ik werk in een bloemenwinkel.
nld
Waar is het dichtstbijzijnde winkelcentrum?
nld
Laten we boodschappen doen.
nld
Waar is de souvenirwinkel?
nld
Ik heb de hele middag gewinkeld.
nld
Tom gaat morgen winkelen.
nld
Ik heb een boodschappenlijstje gemaakt.
nld
Wanneer gaan de winkels open?
nld
We kunnen later gaan winkelen.
nld
Ik ga morgen winkelen.
nld
We gingen samen winkelen.
nld
De meiden gingen winkelen.
nld
De winkels zijn gesloten.
nld
Ik ga naar Australië om op een boerderij te werken.
nld
Ik zou graag op een boerderij willen wonen.
nld
Tom wil zijn boerderij niet verkopen.
nld
Aan wie heeft Tom zijn boerderij verkocht?
nld
Tom en Mary hebben een oude boerderij gekocht.
nld
Waarom heeft Tom zijn boerderij verkocht?
nld
Ik wil mijn boerderij verkopen.
nld
We moeten onze boerderij verkopen.
nld
Ik moet mijn boerderij verkopen.
nld
Tom wil de boerderij verkopen.
nld
Tom is op een boerderij opgegroeid.
nld
Ik hoorde dat je je boerderij hebt verkocht.
nld
Ik ben op een boerderij opgegroeid.
nld
Ik heb een kleine boerderij.
nld
Tom heeft een boerderij.
nld
Van wie is deze boerderij?
nld
Niets te danken.
nld
Ik zit propvol.
nld
Tom werkt voltijds.
nld
Tom werkt fulltime.
nld
Ik werk voltijds.
nld
Ik werk fulltime.
nld
Hij is vol.